aanwijzen

{{aanwijzen}}{{/term}}

1 [wijzen naar] montrer

2 [toewijzen] désigner

3 [aangeven] indiquer

♦voorbeelden:

1   de dader aanwijzen • désigner le coupable

     gasten hun plaats aanwijzen • montrer aux hôtes leurs places

     met zijn vinger aanwijzen • montrer du doigt

     iemand als zijn erfgenaam aanwijzen • nommer qn. son héritier

2   een opvolger aanwijzen • désigner un successeur

     als opvolger aangewezen worden • être désigné comme successeur

3   de klok wijst de tijd aan • l'horloge indique l'heure

¶   een aanwijzend voornaamwoord • un pronom démonstratif

Deens-Russisch woordenboek. 2015.